Dagboek van op de Lofoten
Bruno Koninckx
We wilden eens wat anders. Niet gewoon op de Oostenrijkse of Franse pistes gaan skiën. Zelfs niet gaan toerskiën in Zwitserland. Noorwegen zou het worden, en dan nog op de Lofoten, een erg Noordelijk gelegen eilandengroep. Geen lift of piste te bekennen, en geen al te hoge bergen die makkelijk met toerski’s op te klimmen zijn. Een dagboek van een zoektocht naar sneeuw.Zaterdag
We moeten er wel wat voor over hebben om op bestemming te raken. Eerst vliegen we van Brussel naar Oslo. Dan van Oslo naar Bodo. Bij dit kuststadje moeten we de ferry naar de Lofoten nemen. Na drie uur varen komen we ter bestemming: Henningsvær, een klein en authentiek vissersdorp. We hebben een oud huisje gehuurd dat de uitvalsbasis wordt.Zondag
We gaan naar het plaatselijke gidsenbureau waar onze gids Johanne al op ons wacht. Als eerste tocht heeft ze zo’n beetje de huisberg van de streek uitgekozen: de Varden of ‘Steenman’. We zien nogal wat lokale mensen die er hun zondags wandelingetje – vaak met slee of langlaufski’s – komen maken. De Varden blijkt een kleine berg van slechts zo’n 700 meter hoog te zijn. In de Lofoten gaan de toppen bijna niet over de 1000 meter. Toch waan je je bij momenten in Zwitserland: het zijn immers allemaal bergen waarvan slechts een deel uit de zee steekt.Ons tochtje blijkt echt een zondagsuitstapje te zijn, want we zijn relatief snel boven: we plakken vellen onder onze ski’s, en dankzij bindingen die achteraan los kunnen, stap je zo vrij makkelijk naar boven. Heel veel sneeuw ligt er niet, maar de afdaling kunnen we toch door deels maagdelijke sneeuw maken.Om de dag goed af te sluiten, gaan we nog overheerlijk gebak eten in een oergezellig theehuis.Maandag
Na een dag om op te warmen, is het nu tijd voor wat sportiever werk. We doen maar liefst twee toppen: de Pilan en de Sautind. Ook deze vallen wat hoogte betreft goed mee. Onze gids heeft haar jonge Golden Retriever, Atlas, mee, en die dolt ook heel graag in de sneeuw. Van op de twee toppen hebben we een prachtig zicht over een deel van de eilandengroep. We beginnen te begrijpen waarom de Lofoten door diverse tijdschriften is uitgeroepen tot een van de mooiste plekken op aarde, en zeker tot de mooiste eilandengroepen.Dat de bergen er niet al te hoog zijn, heeft als groot voordeel dat je nooit hoogteziek wordt. Toch heb je echt het gevoel in het hoogtegebergte rond te trekken, ook al zie je bijna overal de zee. Het kan behoorlijk koud zijn op de Lofoten, maar tijdens ons verblijf blijven de temperaturen erg mild.Dinsdag tot vrijdag
De volgende dagen leren we een deel van de andere eilanden kennen. Een week is bijlange niet genoeg om het hele gebied te ontdekken, maar we hebben genoeg gezien om hier zeker nog eens terug naartoe te willen. De natuurpracht is zo overweldigend en zuiver dat we hier wel zouden willen blijven. Ook de dorpjes en kleinere stadjes blijken best nog gezellig te zijn. Alleen vrij griezelig is de traditie om aan de havens de vissen te drogen te hangen. Dat levert erg mooie beelden op, maar van dichtbij ziet het er toch maar griezelig uit. Als je niet skiet, zijn de Lofoten trouwens ook erg geschikt om te vissen, wandelen of klimmen. En met wat geluk kan je er walvissen zien.
Tweet
Pin
Article précédent
Vorig artikel
Article suivant
Volgend artikel
Articles Liés
Gerelateerde artikels
Reportages