Champsaur & Valgaudemar: familiaal en Avontuurlijk wintersporten in de Hautes Alpes
Reportages NL
Tom Marees
Sla de wintersportoorden in de noordelijke Alpen eens over en proef van het sneeuwleven in de valleien Valgaudemar en Champsaur in de Hautes Alpes, de zuidkant van de Alpen. Zij omarmen het Nationaal Park Ecrins. Orcières Merlette in Champsaur is in deze regio de meest bekende wintersportplaats. In deze vallei kun je ook een 3-daagse trekking buiten de piste maken. Valgaudemar is een echte geheimtip voor mensen die zich willen onderdompelen in winterse sferen zonder een skioord in de buurt, maar wel met ongekende wandelmogelijkheden in de pure natuur. Sfeervol overnachten doe je daar het best in chambre d’hôtes.
Zelfs in Orcières Merlette, met zo’n 100 km aan pistes tussen 1850 en 2725 meter, houdt wintersporten niet op bij skiën of snowboarden. Wintersporters zijn al jaren vragende partij voor meer activiteiten. De tijd van ‘alleen maar skiën’ is voor velen voorbij. Dat hebben ze in Orcières Merlette goed begrepen. Daar bieden zij een aantal activiteiten aan die gelieerd zijn aan sneeuwpret, zoals ski-joering, snake gliss en quad bike. Ski-joering is een oud Scandinavisch gebruik, waarbij je je op ski’s laat voorttrekken door een paard. Snake gliss is een rij aan elkaar gekoppelde sleeën. Wie dat boekt gaat met de laatste lift naar boven en zodra de piste vrij is, kronkelt de snake gliss zich met grote S-vormige bewegingen naar beneden. Plezier verzekerd omdat niet alle deelnemers de sterke middelpuntvliedende kracht kunnen weerstaan. De begeleider zit in de eerste slee en bepaalt de route.
Quad bike is een vrij nieuw concept. Noem het gerust een mountain bike met vier wielen. Ook weer onder begeleiding van een gids worden daar mooie tochten door de sneeuw mee gemaakt. Hetzelfde geldt voor een toertje met sledehonden door een maagdelijk sneeuwlandschap. Al naar gelang je budget kun je dat een half uur, een uur of een halve dag doen. Werkelijk spectaculair is het kartingcircuit, 6 km rijden van Orcières Merlette, waar je tussen de sneeuwheuvels op ijs een aantal ronden met een kart mag gaan racen. Spannend is ook de 1870 meter lange Roll’Air kabel op de piste, waaraan je met een katrol wordt bevestigd en met 130 km per uur naar beneden raast. Wie het wat rustiger aan wil doen, kan natuurlijk ook gaan wandelen of langlaufen. Er zijn 35 km bewegwijzerde paden en 50 km loipes. In de Champsaurvallei bieden ze ’s winters ook ballontochten aan. Wij kunnen niet uit eigen ervaring spreken, maar het moet ongetwijfeld onvergetelijk zijn om op deze manier de bergwereld te zien. Voor de werkelijke Outdoorfans is het interessant om te weten dat het in deze streek bovendien mogelijk is om deel te nemen aan een 3-daagse begeleide ski-trekking met als trajecten Le Noyer-Bayard, Bayard-Ancelle en Ancelle-Champoléon. De dagelijkse afstanden zijn ongeveer 40 km. Voor meer informatie info@champoleonecrins.com
Famille Plus Label
Orcières Merlette behoort tot het selecte gezelschap van Franse wintersportoorden die van het Ministerie van Toerisme het kwaliteitslabel ‘Famille Plus’ hebben gekregen. Het label geeft aan dat gezinnen met jonge kinderen er zeker van kunnen zijn dat de bestemming voor hen ideaal is. Een Famille Plus skioord voldoet aan 110 nauw omschreven eisen. Om het label te behouden, moeten de vakantiebestemmingen blijven investeren in familievriendelijkheid.Naast Orcières Merlette zijn er in de Champsaurvallei nog 5 kleine familiale wintersportoorden: Ancelle, Laye, Chailol, St. Léger-les Mélèzes en Serre Eyraud. Opvallend is dat ook in deze dorpjes relatief veel Belgische wintersporters te vinden zijn . Zo’n 6 %. In Orcières Merlette is dat zelfs 8 %. De andere vakantiegangers zijn praktisch allemaal Fransen. Bij de toeristische dienst zeggen ze lachend dat de naamsbekendheid van deze wintersportdorpen in België vooral te danken is aan Eddy Merckx. “Tijdens de Tour de France, begin jaren zeventig, heeft hij hier op weg naar Orcières Merlette vele minuten verloren. Die berg willen vele Belgen met eigen ogen wel eens zien”.
Gezond klimaat
In Ancelle brouwt de Belgische Valérie Baton zelfs op professionele en ambachtelijke wijze bier. Volgens de Nederlander Marcus Verhoeven zijn er nog enkele brouwerijen in deze streek. “Er zijn hier heel veel bronnen”, zegt hij, “met zuiver water. Voor bierproducenten is dat een goudbron. Sowieso heerst er bij ons in Champsaur een gezond klimaat. In de hele vallei is geen industrie te vinden. Je hebt hier toerisme en veeteelt: geiten, schapen en koeien. Dat levert weer heerlijke kazen op. En imkers hebben het in de vallei ook reuze naar hun zin. Door onze zuidelijke ligging hebben wij minstens 300 dagen per jaar zon. Zelfs in januari ski je hier met een zonnetje”. Sinds april vorig jaar runt hij, na 20 jaar in Parijs te hebben gewerkt, met zijn Franse vrouw Annie Chambre d’hôtes La Coustille in St. Léger les Mélèzes. Ze hebben 5 gastenkamers met eigen badkamer, een zwembad, een sauna en een jacuzzi. Annie laat ’s avonds zien dat zij een dochter van een kok is en zorgt voor een uitstekende table d’hôte, inclusief wijn voor 25 euro.
Volgens Marcus vragen de meeste table d’hôtes in de omgeving deze prijs voor een 3-gangen maaltijd met wijn. Voor de kamer zelf varieert de prijs bij hen tussen de 67 en 83 euro per nacht, afhankelijk hoe lang je blijft. “Wij zijn beiden de 50 jaar gepasseerd”, vertelt hij aan tafel, “en hadden behoefte om aan ons leven een nieuwe wending te geven. We hebben wel 3 jaar gezocht voor we een geschikte chambre d’hôtes vonden. Of liever gezegd de juiste plek. We ontdekten dat de meeste toeristische streken in Frankrijk slechts één goed draaiend seizoen kennen. Dat kunnen wij ons niet veroorloven, want wij moeten er nog wel van leven. Zomers komen de gasten om te wandelen, te fietsen of ze gaan vissen in de rivier de Drac, bekend om zijn forel. Ook krijgen we dan veel motorrijders”. Adèle Lehoux van de toeristische dienst voegt daar nog aan toe dat de Drac ook populair is voor rafting. Een andere rivier waar deze sport volop wordt beoefend is La Severaisse in Valgaudemar, het dal dat aan de andere kant ligt van het Nationaal Park Ecrins.
Winterrust
Valgaudemar slaapt ’s winters bijna. Zomers trekt dit dal veel alpinisten. Vijftien bergtoppen liggen hoger dan 3000 meter. De hoogste piek haalt zelfs 3600 meter. Maar ’s winters worden die niet beklommen. Dan is het 27 km lange dal, dat op 1000 meter hoogte ligt, vrijwel alleen voor de duizend permanente bewoners. Het had heel anders kunnen lopen. In de jaren dertig van de vorige eeuw, vertelt wandelgids Regis Jordana mij, is er een priester geweest die toekomst zag in het ski-toerisme, maar dat de dalbewoners zijn ‘wilde plannen’ niet zagen zitten. Het grappige is dat ik een jaar geleden precies het omgekeerde verhaal heb gehoord in Les Menuires en Val Thorens. Daar was een priester fel gekant tegen het bouwen van wintersportoorden. En nu zijn daar zo’n 50.000 bedden voor ‘vreemdelingen’. Gelukkig zijn er in Valgaudemar ’s winters nog wel enkele chambre d’hôtes open, want juist die authentieke winterrust in dat imponerende berglandschap heeft wel wat.Zomers zijn er 240 km bewegwijzerde wandelpaden. Afhankelijk van de sneeuwval kun je die paden natuurlijk ook in de winter volgen. Al dan niet met sneeuwschoenen (raquettes) ondergebonden. Onderweg zul je weinig mensen tegenkomen. Regis, die zelf in een gehucht woont met 6 inwoners, wijst mij ook nog op de langlaufmogelijkheden: “We onderhouden een mooi parkoers van 33 km aan weerszijden van de rivier Séveraisse”. Sinds de komst van het Nationaal Park Ecrins, in 1973, is de Chamois-bevolking in de bergen aanmerkelijk gegroeid. “Van 3000 naar 15000”, meldt Regis trots. “Door de huidige status van het natuurgebied is er een jachtverbod”. Van Adèle Lehoux krijg ik nog drie adresjes van chambre d’hôtes met een zeer goede keuken die ’s winters open zijn: L’Auberge des Clarines in Entrepierre, Le Chalet Tournesel in Chauffayer en La Grange des Ecrins in Chabottes.
De dalsfeer wordt ook gekenmerkt door tal van lokale producten. Grote kans dat je in de chambre d’hôtes vlees, kaas, honing en het kruidendigestief génepy van Valgaudemar krijgt. Chocola zou in principe ook kunnen, maar die kans is vrij klein, omdat het in dit geval om een bijzonder luxe product gaat van meester chocolatier Thierry Siat. Na een wervelend leven in de grote wereld van sterrenzaken heeft hij zich teruggetrokken in het dorpje La Broue, waar hij op kleinschalige wijze zijn ambacht voortzet. Echte liefhebbers rijden er graag voor om. Naar Valgaudemar is het trouwens aan te raden met eigen vervoer te gaan. Vanuit België ruim 900 km. Orcières Merlette is wel goed bereikbaar met het openbaar vervoer. Met de TGV naar Aix-en-Provence en vandaar met de bus. De dichtstbijzijnde luchthavens zijn Marseile en Grenoble, waarna het nog respectievelijk 2,5 en 2 uur rijden is naar het wintersportoord.
Tweet
Pin
Article précédent
Vorig artikel
Article suivant
Volgend artikel
Articles Liés
Gerelateerde artikels
Reportages